Schapenhouders hebben wisselende ervaringen met de beschikbare vaccins tegen blauwtong. Wat de verschillen precies zijn is nog niet duidelijk omdat er onvoldoende data is om harde conclusies te trekken.
Het vaccin van de Spaanse farmaceut Syva kreeg eind april goedkeuring, met binnen een week één miljoen doses beschikbaar. In mei volgden goedkeuringen voor twee andere vaccins, waaronder dat van de Nederlandse farmaceut Kernfarm/CZ Vaccines, die twee miljoen doses leverde. Boehringer Ingelheim bracht vanaf half juni 1,3 miljoen doses op de markt in Nederland.
In de praktijk worden soms grote verschillen gezien in vaccinatie-uitkomsten binnen één bedrijf, ondanks dat dezelfde vaccins zijn gebruikt. Dat maakt het lastig om eenduidige uitspraken te doen over de effectiviteit van de verschillende vaccins.
De Nederlandse Schapen- en Geitenfokkers Organisatie (NSFO) verzamelt gegevens van schapenhouders in Nederland en Vlaanderen om meer inzicht te krijgen in de werking van de vaccins. “Het analyseren van deze gegevens is tijdrovend,” zegt directeur Everts, “maar het is essentieel dat we voor de volgende vaccinatiecampagne duidelijkheid hebben over de effectiviteit.”
Het knuttenseizoen loopt tot november, waarna er pas een duidelijker beeld van het blauwtongseizoen 2024 kan worden gegeven. Everts merkt op dat de sterfte dit seizoen rond de 10% blijft, maar dat veel meer dieren ziek worden dan in 2023. “Het aantal zieke dieren kan snel toenemen op een bedrijf, en dit jaar hebben veel schapenhouders ook te kampen met hoge wormendruk door het natte weer.”
Vruchtbaarheid van de rammen
Schapenhouders beginnen in augustus met de voorbereidingen voor het dekseizoen, maar dit jaar hangt de vruchtbaarheid van rammen sterk af van het moment waarop ze blauwtong hebben gehad en de ernst van de koorts. “Een ram die koorts heeft gehad, kan tot zes weken onvruchtbaar zijn,” waarschuwt Everts. Om problemen in het voorjaar te voorkomen, raadt hij aan het dekblok elke zeventien dagen om te wisselen. “Zo kan op tijd worden ingegrepen als een ram niet bevrucht, en kan er actie worden ondernomen.”