De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) voerde in 2023 en 2024 vijftien controles uit bij melkveebedrijven op het gebruik van droogzetinjectoren met antibiotica. Bij tien bedrijven werden onregelmatigheden vastgesteld. De NVWA selecteerde deze bedrijven op basis van gegevens uit Medirund, de database voor antibioticagebruik bij runderen, waarbij opviel dat 60% of meer van de melkkoeien werd behandeld.
Van de vijftien inspecties voldeden er vijf aan de eisen; tien niet. De overtredingen betroffen het niet naleven van het bedrijfsbehandel- of gezondheidsplan. De NVWA onderzocht ook de rol van de dierenarts; elf vervolginspecties waren akkoord, vier niet. Overtredingen leiden tot hoge boetes.
Eerder constateerde de NVWA bij reguliere controles dat melkkoeien preventief werden behandeld met antibiotische droogzetters, wat niet is toegestaan. Dit leidde tot gerichte inspecties. De resultaten helpen de NVWA om toezicht te houden waar dat het meest nodig is. Mogelijk volgen vervolgprojecten of wordt bij reguliere inspecties gecontroleerd op het gebruik van droogzetinjectoren.
Bij het droogzetten van drachtige melkkoeien, waarbij de melkproductie wordt gestopt voorafgaand aan het kalven, worden vaak droogzetters gebruikt om het slotgat van de uier te sluiten en infecties te voorkomen. Er zijn varianten met en zonder antibiotica. Injectoren met antibiotica mogen alleen worden toegepast bij aangetoonde uierinfecties en vereisen een diergeneeskundig voorschrift. Veehouders mogen deze middelen op voorraad hebben en toepassen, mits zij zich houden aan een samen met de dierenarts opgesteld bedrijfsbehandel- en gezondheidsplan. Hierin staat beschreven hoe een uierinfectie wordt vastgesteld, vaak aan de hand van ontstekingswaarden in de melk. Afwijken van dit plan mag alleen in overleg met de dierenarts.
De NVWA benadrukt dat veehouders niet op eigen initiatief mogen afwijken van het bedrijfsbehandelplan, ongeacht de reden of het type gebruikte droogzetinjector met antibioticum. Afwijken is alleen toegestaan in overleg met de dierenarts waarmee het bedrijf een overeenkomst heeft, of een aangewezen vervanger.