In Nederland is het besmettelijke mond-en-klauwzeervirus (MKZ) vooralsnog niet aangetroffen. Dat blijkt uit de eerste laboratoriumtesten bij 126 vleeskalver- en zes rundvleesbedrijven en één schapenbedrijf.
Landbouwminister Wiersma noemt dit geruststellend, maar vindt het nog te vroeg om alle maatregelen die verdere verspreiding moeten voorkomen meteen op te heffen. “Het is te vroeg om er helemaal gerust op te zijn”, schrijft ze in een brief aan de Tweede Kamer.
Al eerder, op woensdag, meldde de minister dat er geen signalen waren van MKZ, maar toen waren de testresultaten nog niet binnen.
Uitvoerverbod voor kalfjes
Vorige week dook het MKZ-virus op bij Berlijn, in de Duitse deelstaat Brandenburg. Het virus treft evenhoevige dieren zoals runderen, schapen, varkens en geiten, en kan dodelijk zijn. Als er één dier besmet blijkt, worden alle dieren op het betreffende bedrijf preventief gedood.
Naar aanleiding van de uitbraak in Duitsland nam Nederland verschillende voorzorgsmaatregelen, waaronder een uitvoerverbod voor kalfjes. Ook werd het bezoeken van vleeskalverbedrijven verboden en werden vaccins ingeslagen. Omdat er sinds 1 december zeker 3600 kalveren vanuit Brandenburg naar Nederland kwamen, vreesden Nederlandse boeren dat het virus zich ook hier zou kunnen verspreiden.
Volgende week
De afgenomen testen in Nederland zijn allemaal negatief, aldus de minister. Er moeten echter nog meer testresultaten binnenkomen, naar verwachting in de loop van volgende week. Pas daarna neemt Wiersma een besluit of de MKZ-maatregelen in Nederland kunnen worden ingetrokken. Ook in Duitsland zijn tot dusver geen nieuwe besmettingen gevonden.