Hoewel er geen bewijs is dat landbouwhuisdieren geïnfecteerd kunnen worden met het coronavirus (COVID-19) dat nu rondwaart, kunnen veehouders die besmet zijn met het virus het best contact met hun dieren vermijden, niet in de stal komen en anderen voor de dieren laten zorgen. Dat is het advies van Wageningen Bioveterinary Research, faculteit Diergeneeskunde, GD, beroepsorganisatie voor dierenartsen KNMvD, RIVM en de NVWA.
Voor voedselproducerende dieren geldt het voorzorgsprincipe totdat meer bekend is over de risico’s, melden bovengenoemde partijen in de Vetinfact-nieuwsbrief.
Contact met huisdieren
Er zijn ook geen aanwijzingen dat huisdieren een rol spelen in de verspreiding van het coronavirus. Toch wordt patiënten met het virus uit voorzorg geadviseerd om direct contact met hun huisdier(en) (zo veel mogelijk) te vermijden (niet aaien, knuffelen, kussen of laten likken). Voor coronapatiënten die in thuisisolatie verblijven, wordt geadviseerd om de zorg voor het huisdier aan (gezonde) huisgenoten over te dragen.
Alleenwonende patiënten met een huisdier of patiënten die worden opgenomen in het ziekenhuis wordt aangeraden om indien mogelijk iemand anders voor het dier te laten zorgen. Indien het niet mogelijk is om iemand anders voor het dier te laten zorgen, kan het huisdier naar een dierenopvangcentrum gebracht worden. Er is geen aanleiding om huisdieren van COVID-19-patiënten in quarantaine of isolatie te plaatsen. In dierenopvangcentra zijn, net als in de thuissituatie, algemene hygiënemaatregelen voldoende.
