Blauwtongbesmettingen met het virus serotype 3 (BTV-3) zijn in vrijwel heel Nederland vastgesteld. Minister Adema benadrukt in een brief aan de Tweede Kamer opnieuw dat de situatie voor getroffen houders heel ernstig is.
Het aantal besmettingen en de ernst van de ziekteverschijnselen zijn, zo schrijft Adema, een grote klap geweest met name voor de schapensector. In de afgelopen maanden is ruim 5 procent van de schapenpopulatie en ongeveer 0,2 procent van de rundveepopulatie doodgegaan; momenteel zijn de sterftecijfers weer terug op het niveau van voor de blauwtonguitbraak.
Inmiddels is op meer dan 4300 locaties een blauwtongbesmetting vastgesteld op basis van onderzoek op bloedmonsters. Het betreft ruim 1.990 locaties met schapen en zo’n 2.200 bedrijven met rundvee. Daarnaast zijn op ruim 1.579 bedrijven ziekteverschijnselen bij dieren gemeld die passen bij blauwtong, zonder dat hier nader bloedonderzoek is gedaan.
Naast schapen en runderen zijn ook zo’n 80 geitenbedrijven besmet geraakt, en is ook bij 26 locaties met alpacas een besmetting vastgesteld. Ook is BTV-3 gevonden bij enkele dieren in natuurgebieden, waaronder een wisent en een moeflon. Het aantal besmettingen is de afgelopen weken afgenomen. Ook is het aantal meldingen van dode dieren bij het destructiebedrijf Rendac afgenomen en weer terug op het niveau dat gemiddeld voor de BTV-3-epidemie werd gemeld.